Keepersgeluk (6) ‘Leo

Sonics Column deel 6; 6-1-2016
Geschreven door Toon Poelsma, keeper heren 1

Leo

In deze periode zonder echte floorball-acties wordt keepen ineens iets heel anders dan het stoppen van een bal of de gezellige contacten met je medespelers tijdens de wedstrijd
onder het mom van coaching. Ik doel hier op de huishoudelijke kant van het vak, waar zelfs de jeugd inmiddels interesse voor heeft, nl. het wassen van het keeperspak. Wenselijk is dit zo snel mogelijk te doen; en ieder die ooit zo’n pak heeft aangetrokken, weet precies waarom. Dat geldt vooral voor degenen die de moed hebben gehad zich in een al door een ander gedragen pak te moeten hijsen. Zij zouden het liefst willen dat de sporthal een wasserette was! Omdat dat helaas zelden het geval is, stond ik me laatst direct na de training weer eens sportief-huiselijk te gedragen, zodat ook het thuisfront van deze sport (en mij) kan blijven houden. Terwijl ik zo bezig was, hoorde ik een interview met Leo; nee, niet de meest soepel bewegende floorballer van de nationale herencompetitie, maar ‘Don Leo’. In gewoon Nederlands:

Leo Beenhakker. Het ging over zijn biografie die ik al eens bij de bestsellers in de AKO-toptien op nr.2 had zien liggen. Soms, als ik te weinig tijd heb voor de trein die ik had willen halen en te veel voor de trein die nog gaat komen, verdoe ik mijn tijd in de eerste de beste boekenkiosk. Al is het maar om te weten welk boek ik niet zou kopen. ‘Don Leo’ bevond zich al snel in deze categorie. Want hoewel hij één van de meest succesvolle trainers aller tijden van (inter-)nationale topclubs en nationale elftallen is geweest, straalt zijn gezicht zoveel miskenning, crisis, onmin en drama uit dat het me de lust ontneemt om er ook nog over te lezen. Bovendien heb ik het met al het status en ego-geleuter in het voetbal wel een beetje gehad. De radio bevestigde al snel mijn vooroordelen. Fijntjes stipte de interviewer de minder succesvolle momenten uit zijn trainerschap aan en zijn pijnlijke keuzes om zijn carrière steeds boven gezin en familie te stellen. De vermoeid-klagelijke stem van Leo, waarmee hij alle tegenslag met dooddoeners afdoet in plaats van er echt iets mee te doen, klonk ook niet als een overtuigde ‘Don Leo’. Het leek meer op iemand die dit seizoen nog heel graag een laatste kunstje had willen doen, maar weer ten onrechte was afgewezen als trainer van één of ander clubje uit de reserve 4e-klasse onderbond van de KNVB. Nou ja, misschien zou hij de bekerwedstrijden mogen coachen.

Net op het moment dat ik alle rampspoed en ellende wel weer genoeg vond, ik was inmiddels met de was zo ver dat ik alleen m’n keepersbroek nog moest ophangen, gebeurde er een wondertje. Leo vertelde over een recente ervaring die hij aan het eind van zijn biografie beschrijft. Hij was op weg naar huis vlakbij het Feyenoord-stadion (zelfs met die club leeft hij in onmin) een mevrouw met naast haar een meisje van ongeveer 3 jaar tegengekomen. Toen het meisje hem zag keek ze hem doordringend aan en vroeg aan de mevrouw: ’Is dat opa?’. Leo was door z’n knieën gegaan, had haar vertederd aangekeken en tegen haar gezegd: ’Nou, ik zou heel graag jouw opa willen zijn hoor’. Ze vervolgden beiden hun weg, het meisje keek nog één keer om (Leo dus ook), en hij ervaarde een bijzonder gevoel van innerlijke rust. Het was goed zo, ’Don Leo’ was er klaar mee.
Ik hoop eerlijk gezegd dat de Leo die het meisje hem heeft laten zien, nu aan zijn echte biografie gaat beginnen. Al is het maar om zichzelf, zijn gezin en familie de ervaring te gunnen van zijn werkelijke status: het verhaal van zijn grootsheid die het meisje zo ontroerde.  

Toon

9200000046390210 RotterdamSportsupport

Share

You may also like...

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.